Amersfoort
Opkoopbescherming Amersfoort
Op 22 februari 2022 heeft de gemeenteraad van Amersfoort de zogenaamde opkoopbescherming aangenomen. Het college van burgemeester en wethouders had voorgesteld om in de Huisvestingsverordening op te nemen dat voor 16 wijken in Amersfoort per 1 april 2022 een opkoopbescherming zou gelden voor woningen met een WOZ-waarde tot en met EUR 264.000,-. Op initiatief van Groen-Links, PvdA, ChristenUnie en D66 is door de raad aangenomen dat de opkoopbescherming per 1 april 2022 gaat gelden voor het gehele grondgebied van Amersfoort en voor woningen met een WOZ-waarde tot en met EUR 343.000,-. Daarmee komt er per 1 april 2022 in Amersfoort een opkoopbescherming te gelden.
Wat is opkoopbescherming?
De opkoopbescherming houdt in dat de gemeenteraad categorieën of gebieden van woningen aan te wijzen. De verhuur van de aangewezen woningen binnen vier jaar nadat de woning is gekocht, mag dan alleen met een vergunning. Dit zou ervoor moeten zorgen dat de aangewezen woningen voor beleggers minder interessant zijn: zonder vergunning kunnen deze niet worden verhuurd. Deze regeling is mogelijk op grond van Hoofdstuk 7 van de Huisvestingswet, en bestaat sinds 1 januari 2022. Al diverse gemeenten maken gebruik van de regeling, met het oog op vermindering van druk op de woningmarkt.
Is de regeling waterdicht?
De opkoopbescherming is bepaald niet waterdicht. De regeling kent uitzonderingen, waardoor het in veel gevallen mogelijk is om een woning van de aangewezen categorie en in het aangewezen gebied te kopen en die direct te verhuren.
Zo bestaat de uitzondering dat woningen die meer dan 6 maanden verhuurd zijn op het moment van levering, niet onder de opkoopbescherming vallen. Een belegger die erop gebrand is een bepaalde woning in zijn portefeuille op te nemen, kan daarvan gebruik maken door tussen het moment van koop en het moment van levering minimaal zes maanden te laten zitten. In de tussentijd kan de verkopende partij de woning verhuren, ook voor rekening en risico van de kopende partij. Met de juiste overeenkomsten die voorzien zijn van goede clausules, zijn de risico’s van die constructie uiterst beperkt en het is niet mogelijk voor een gemeente om dit tegen te houden. Beleggers met woningzoekende familieleden in eerste en tweede graad, kunnen gebruik maken de voorziening dat aan die familieleden een vergunning moet worden verleend. Zij kunnen dan de eerste zes maanden huur voor hun rekening nemen, waarna de woning op de vrije markt kan worden verhuurd. Ook daartegen is niet zoveel te doen en de leges voor de vergunning van EUR 260,- gaat evenmin een belemmering vormen. En zo zijn er nog meer mogelijkheden aan te wijzen. Een belegger kan dus in veel gevallen die opkoopbescherming doorbreken. Het kost alleen (iets) meer moeite.
Stel hieronder uw vraag!
Deel geen vertrouwelijke informatie in onderstaand contactformulier. Als u vertrouwelijke informatie wenst te delen, neemt u dan eerst contact op.