Utrecht – De rechtbank Midden-Nederland heeft uitspraak gedaan in de spoedprocedure die was aangespannen door de beoogd exploitant van de coffeeshop aan de Snouckaertlaan. De beoogd exploitant was het niet eens met de beslissing van Burgemeester L. Bolsius om de vergunning en gedoogbeschikking te weigeren. De burgemeester had de vergunning geweigerd omdat de afstand tussen de beoogde coffeeshop en het Luzac college door een herinrichting van de Zonnehof te klein was geworden.
De beoogd exploitant beriep zich op een procedurefout. De herinrichting van de Zonnehof betrof ‘nieuwe’ informatie en daarom had de burgemeester in strijd met de wet gehandeld. Op de zitting bepleitte de advocaat van de beoogd exploitant dat de burgemeester opnieuw een hoorzitting diende te houden. Zijn cliënt kon dan een hek plaatsen, waardoor de afstand dan waarschijnlijk meer dan 250 meter zou zijn, waardoor de coffeeshop alsnog vergund en gedoogd kon worden.
De voorzieningenrechter gaf de exploitant gedeeltelijk gelijk: de burgemeester had een nieuwe hoorzitting moeten houden en dat dit niet gebeurd was, betrof een fout. Maar omdat het besluit – zoals de rechtbank het zelf stelt – voor het overige wel deugt, kon de weigering door de burgemeester de goedkeuring van de rechtbank doorstaan.
De rechtbank vond een voorlopig oordeel niet nodig: de rechtbank deed direct uitspraak in de beroepszaak en verklaarde het beroep van de exploitant gegrond, maar oordeelde eveneens dat de vergunning en gedoogbeschikking terecht geweigerd is.
Dit betekent een definitieve streep door de rekening voor de beoogd exploitant. Zijn enige mogelijkheid is nu het instellen van een tijdrovende procedure bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.